De geschiedenis van spraakbeëindiging weerspiegelt voor een groot deel de geschiedenis van het mondiale transport, dat zich als een web over de hele wereld verspreidt. Naarmate mensen verder en sneller reisden, ontstond er de behoefte om met groter gemak en snelheid te kunnen communiceren dan toegestaan door de postdiensten en de telegraaf. Waar er ooit slechts één of twee routes naar verschillende plaatsen waren, waarbij de doortocht meestal duur was en zwaar gecontroleerd werd, worden we nu geconfronteerd met een bijna overweldigende overvloed aan opties, met weinig centrale regelgeving en geweldige koopjes, als je de juiste plek kent Kijken.
Nederig begin
In het begin was telefoonverkeer tussen landen duur, beperkt en zwaar gecontroleerd door de toenmalige regeringen. Een goed voorbeeld hiervan was de enkele transatlantische telegraafkabel die destijds Europa met de Verenigde Staten verbond. Omdat Groot-Brittannië de plaats was waar de kabel de zee in ging, verliep alle communicatie via Londen, waardoor de Britse regering de macht had om alles te monitoren wat er doorheen ging. Dit bleek vooral nuttig tijdens de Tweede Wereldoorlog, toen Groot-Brittannië de directe communicatie tussen de Duitse mogendheden en de VS kon afsnijden.
Pas in 1956 werd de eerste telefoonkabel met succes over de Atlantische Oceaan aangelegd, waardoor voor het eerst spraak-tot-spraakcommunicatie mogelijk werd. TAT1, zoals het bekend stond, kon maximaal 35 oproepen tegelijk overbrengen. Een gesprek kostte £ 9 voor drie minuten, vandaag ruim £ 280. Er werden steeds meer kabels overuren gelegd en naarmate het internet groeide, maakte koper plaats voor glasvezel. Deze worden nog steeds aangelegd, met als meest recent aangekondigde SACS, die Brazilië met Angola zal verbinden. Het zijn echter niet langer alleen nationale overheden die de immense investeringen in onderzeese kabels doen.
Opkomst van de particuliere sector
Sinds de millenniumwisseling zijn particuliere bedrijven ook begonnen met het leggen van hun eigen kabels. Dit is begonnen door telecombedrijven als Vodaphone, maar tegenwoordig investeren technologiebedrijven als Microsoft en Facebook in hun eigen kabel: MAREA is een kabel van 6600 km die Virginia met Bilbao verbindt. De lancering staat gepland voor begin 2018 en zal een snelheid hebben van 160 terabit per seconde, het equivalent van het in één keer streamen van 70 miljoen HD-video's door een buis ter grootte van een tuinslang.
Toen particuliere bedrijven de controle over deze nieuwe netwerken begonnen over te nemen, bleven de kosten van gespreksafgifte hoog. Gesprekken moesten tussen een willekeurig aantal providers worden gerouteerd om hun bestemming te bereiken, en elk kreeg een korting van de oorspronkelijke operator. Tot de jaren zeventig moesten internationale gesprekken nog handmatig worden doorgeschakeld door telefonisten. Toen kwam het internet.
Met de explosie aan keuzes en opties daalden de kosten en nam de concurrentie toe. Nieuwe telecommunicatiebedrijven mengden zich in de strijd, maar pas met de komst van VoIP ging de markt echt open. Met Voice Over Internet Protocol hoefden bedrijven die deel wilden uitmaken van de snelgroeiende markt niet te investeren in dure hardware of aan dure wetgeving te voldoen. Ze hadden eenvoudigweg een netwerk nodig dat in staat was om betrouwbare en goedkope gespreksroutering te bieden, en de slagkracht om overeenkomsten ondertekenen met de belangrijkste communicatiebedrijven die zich met eindgebruikers bezighielden.
Gedurende deze periode hebben specialisten zoals IDT zich ontwikkeld tot betrouwbare tweederangs zakelijke dienstverleners. Tegenwoordig werken bedrijven er voortdurend aan om concurrerend te blijven, waardoor de gesprekskosten voor gebruikers verder worden verlaagd. De goedkoopste belopties kunnen van uur tot uur of zelfs van minuut tot minuut veranderen, afhankelijk van de lokale omstandigheden. Dit betekent dat VoIP-providers echt aan de top moeten staan om te kunnen floreren.
Vroege VoIP-systemen waren synoniem met apps als Skype, nu eigendom van Microsoft. Ooit ongelooflijk populair, is het nu vervangen door goedkopere alternatieven waarvoor je geen eigen apps hoefde te gebruiken. IP-telefoons in kantoren over de hele wereld begonnen zowel internet als telefoonlijnen via één apparaat aan te bieden, waardoor de installatiekosten voor bedrijven drastisch werden verlaagd. Op de consumentenmarkt maken diensten als Facebook en Whatsapp op vergelijkbare wijze gebruik van de voordelen van VoIP.
Controle over de nieuwe grens
Meer recentelijk hebben regeringen geprobeerd consumenten te beschermen door een soort regulering op de markt te brengen. Een opmerkelijk voorbeeld was het besluit van de EU in 2015 om telecommunicatiebedrijven te dwingen de roamingkosten te verlagen, wat betekent dat bellen tussen alle Europese landen hetzelfde zou moeten kosten, ongeacht het land waar je naartoe of vanuit belde. Zoals met veel dingen in het internettijdperk, zijn overheden echter vaak bezig met een inhaalslag. Tegen de tijd dat een wet is gedefinieerd en in praktijk is gebracht, is de technologie vaak al een stap verder. Het lijkt duidelijk dat, nu we een meer verbonden wereld betreden dan ooit, VoIP niet meer weg te denken is.